Bezoldiging van de zaakvoerder/bestuurder optrekken tot minimum €45.000?

Er heerst heel wat onduidelijkheid of het al dan niet een goed idee is om de bezoldiging van de bestuurder te verhogen tot minimaal 45.000. Volgens de nieuwe wetgeving zal niet-naleving leiden tot een fiscale sanctie.

Indien de bezoldiging ontoereikend is voor het verlaagd tarief, dan zal de vennootschap het verlaagd tarief inzake vennootschapsbelasting niet kunnen toepassen. Bovendien zal een bijkomende bijzondere aanslag geheven worden van 5% in 2018 en 2019 (10% vanaf 2020) op het verschil tussen de drempel van 45.000 € en de effectief toegekende bezoldiging. Deze bijkomende bijzondere aanslag is wel aftrekbaar.

Maar is het noodzakelijk om de bedrijfsleidersbezoldiging op te trekken tot 45.000 €? Dit is afhankelijk van verschillende factoren. Het Bibf heeft hierover een mooi werkstukje gemaakt dat we u niet willen onthouden.

Wenst u de berekeningen toegepast zien in uw dossier neem dan even contact op met uw dossierverantwoordelijke.

Wat verandert er in de nieuwe vennootschapswetgeving voor u? (UPDATE)

Met de goedkeuring van de nieuwe vennootschapswetgeving zullen er een aantal zaken veranderen vanaf 1 mei 2019. Wat betekent dit nu praktisch voor u? We vatten de belangrijkste punten samen.

  • Ten eerste, zullen het aantal vennootschapsvormen worden beperkt tot vier, namelijk BV, nv, CV en de maatschap. Echter, is er een overgangsperiode voorzien tot 1 januari 2020 om je vennootschapsvorm te wijzigen. Voor het aanpassen van de statuten heb je zelfs tot 1 januari 2024
  • Ten tweede wordt de BVBA vervangen door de BV ofwel de besloten vennootschap. Deze BV is ook de nieuwe primaire vennootschapsvorm in plaats van de nv. Als een gevolg hiervan is het niet langer nodig om een minimaal kapitaal aan te houden, volgens de nieuwe regeling moet dit echter wel beschikbaar zijn in toereikend aanvangsvermogen
  • Ten derde, indien je kapitaal wenst op te nemen uit de BV via een dividenduitkering is deze nu onderworpen aan de zogenaamde dubbele uitkeringstest. Concreet moet je kunnen aantonen dat het netto-actief niet negatief zal worden na uitkering en dat je na uitkering nog voldoende middelen hebt om te voldoen aan je schulden op korte termijn.
  • Ten vierde kan de BV ook aandelen met meervoudig stemrecht uitkeren, indien goedgekeurd met ten minste 75% van de stemmen en indien deze minstens 2 jaar zijn ingeschreven in het aandelenregister. Verder zal het ook makkelijker worden om deze aandelen over te zetten. Vroeger moest je hiervoor toestemming krijgen van alle vennoten.
  • Ten vijfde, is de CV nu exclusief voor vennootschappen die werkelijk coöperatief zijn en is deze dus niet meer geschikt voor groeperingen van vrije beroepen. De meest voor de hand liggende keuze voor zulke CV’s is een omzetting naar een BV. Ook hiervoor is er een regularisatieperiode voorzien.
  • Ten zesde, is het nu voldoende om één bestuurder te hebben voor zowel de nv als de Belgische stichting. In de NV kan deze bovendien statutair worden benoemd worden en hierdoor moeilijker afzetbaar.

Ook voor de Vzw’s wijzigt er iets, deze zullen nu onbeperkt winst mogen maken. Echter zal deze winst (uiteraard) niet uit te keren zijn. 

Tenslotte,  is er een aanpassing aan de bestuurdersaansprakelijkheid. Voor alle toevallige lichte fouten is de bestuurdersaansprakelijkheid beperkt volgens de grootte van de onderneming, dit kan variëren tussen 125.000 en 12 miljoen.

Bronnen: De Tijd, (2019) ; Nieuw wetboek vennootschappen en verenigingen voor cijferberoepen, (2019)